Vanwege de coronacrisis heeft paus Franciscus zijn zondagse Angelustoespraak op 22 maart jl. opnieuw in afzondering uitgesproken in de Bibliotheek van het Apostolisch Paleis. Hij riep de hele christenheid op zich tot God te richten en bij Hem het einde van de pandemie af te smeken. Ook kondigde hij een extra Urbi et Orbi aan op vrijdag 27 maart a.s.. Deze pauselijke zegen met gebedsdienst op het St. Pietersplein wordt rechtstreeks door KRO-NCRV uitgezonden op televisie via NPO 2.
“In deze dagen van beproeving, terwijl de mensheid siddert voor de dreiging van de pandemie, wil ik alle christenen uitnodigen hun stem verenigd tot de hemel te richten”, aldus paus Franciscus. Alle kerkleiders en alle ‘christenen van verschillende confessies’’ werden daarop uitgenodigd woensdagmiddag jl. om 12.00 uur het Gebed des Heren, het Onze Vader, gezamenlijk te bidden. Op 25 maart gedenken veel christenen de aankondiging van Gods Menswording bij de Maagd Maria.
De paus kondigde verder aan dat hij vrijdag 27 maart om 18.00 uur een gebedsdienst voorzit op het bordes van de Sint-Pietersbasiliek tegenover een leeg Sint-Pietersplein. Alle gelovigen zijn uitgenodigd om zich dan met hem in gebed te verenigen. “We luisteren naar het Woord van God. We zullen onze smeekbede laten opstijgen. We aanbidden het Allerheiligste Sacrament, waarmee ik aan het einde de zegening Urbi et Orbi zal verrichten, waaraan de mogelijkheid is verbonden een volle aflaat te verkrijgen.”
Zegen van de hoogste rang
Het Urbi et Orbi (‘aan de stad en de wereld’) is een pauselijke zegening van de hoogste rang. Deze wordt normaliter gegeven op Kerstmis, op het Paasfeest en bij de presentatie van een nieuwe paus aan de wereld. Franciscus’s besluit geeft aan dat hij de coronacrisis als een buitengewoon ernstige toestand beschouwt. Bijzonder is dat de zegening wordt verricht met een monstrans met daarin de Heilige Hostie. Paus Franciscus: “Op de pandemie van het virus reageren we met de universaliteit van gebed, mededogen en tederheid. Laten we eensgezind blijven. Laten we blijk geven van verbondenheid met de eenzaamste en meest beproefde mensen; van onze nabijheid tot artsen, gezondheidswerkers, verpleegkundigen en verplegers, vrijwilligers; onze nabijheid tot de autoriteiten die harde maatregelen moeten nemen voor ons eigen bestwil; onze nabijheid tot politieagenten en soldaten op straat die de orde proberen te bewaren, zodat de dingen worden gedaan die de regering ons vraagt te doen voor het welzijn van allemaal; onze nabijheid tot iedereen.” Tot slot riep Franciscus gelovigen op om “rustig en langzaam” hoofdstuk negen van het Johannes-evangelie te lezen: “Dat zal ik ook doen. Het zal ons allemaal goed doen. Vergeet niet voor mij te bidden.”
Bron: Bisdom Groningen-Leeuwarden